JCF1 hoorcolleges, ppt en werkcolleges - JCF1 week 1: Werkgroep ppt: Materieel en formeel burgerlijk - Studeersnel (2024)

Vak

Universiteit

Hanzehogeschool Groningen

Geüpload door:

Reacties

Andere studenten bekeken ook

• HC - ICT-recht - Week 2/3
• ICT-Recht week 7 - College aantekeningen week 7 ICT-recht
• ICT-Recht week 5 - College aantekeningen week 5 ICT-recht
• ICT-Recht week 2 - College aantekeningen week 2 ICT-recht
• ICT-Recht week 1
• WG2 Human Rights - Tweede college mensenrechten

Gerelateerde documenten

• WG1 Human Rights - Eerste college mensenrechten
• HC7 ICT Recht Merkenrecht
• HC6 Auteursrecht ICT Recht
• HC2 ICT Recht
• HC1 ICT Recht - Aantekeningen eerste hoorcollege
• Aantekeningen hoorcolleges JCT1

JCF1 week 1:

Werkgroep ppt:

Materieel en formeel burgerlijk recht - Materieel burgerlijk recht o Ook wel materieel privaatrecht/civiel recht genoemd o Voorbeelden:  Iemand wordt ontslagen en wil vernietiging van het ontslag vorderen.  Iemand wil scheiden van zijn partner.  Een verhuurder wil een huurovereenkomst ontbinden. - Formeel burgerlijk recht, oftewel burgerlijk procesrecht. o Procedurele regels waarmee het materieel burgerlijk recht kan worden ingeroepen. o Voorbeelden:  Naar welke rechter moet je toe?  Is bijstand van een advocaat verplicht?  Wat zijn de kosten van de procedure?

Hoorcolleges:

Dagvaarding of verzoekschrift? - Dagvaardingsprocedure o Eerste boek, tweede titel Rv - Verzoekschriftprocedure o Eerste boek, derde titel RvArtikel 78 Rv 1. De tweede titel is van toepassing op alle zaken waarop niet ingevolge artikel 261 de derde titel van toepassing is, en voor zover daarop niet een andere, bijzondere wettelijke regeling van toepassing is. 2. De zaken, bedoeld in het eerste lid, worden elders in dit wetboek aangeduid als: zaken die bij dagvaarding moeten worden ingeleid.Artikel 261 Rv 1. Voor zover uit de wet niet anders voortvloeit, is deze titel van toepassing op alle zaken die met een verzoekschrift moeten worden ingeleid, alsmede op zaken waarin de rechter ambtshalve een beschikking geeft. 2. Met een verzoekschrift worden ingeleid de zake ten aanzien waarvan dit uit de wet voortvloeit.Hoofdregel ex art. 78 lid 1 Rv jo. Art. 261 lid 2 Rv: dagvaarding, tenzij de(materiele) wet een verzoekschrift is voorgeschreven.Vb: in materiele wet: ‘op verzoek van’, ‘bij (een) verzoekschrift’, ‘verzoek tot’,‘met het verzoek’, ‘kan worden verzocht’.Zie o. art, 7:671b en 7:671c BW (ontbinding aok) en art. 1:27 BW, 1:69 BW,1:150 BW, 1:205 BW, 1:227 BW, 1:267 BW, 1:377a BW, 1:379 BW (personen- enfamilierecht)De bevoegdheid van de rechter - Absolute en relatieve competentie bij de van de rechter

o Binnen de Rb. ‘Kantonzaken’ en ‘civiele zaken’o In het lando Vaststellen competentie/bevoegdheid kantonrechterAbsolute competentie:

• Art. 42 Wet RO: ‘rechtbanken nemen in eerste aanleg kennis van alleburgerlijke zaken.’
• Art. 60 lid 1 Wet RO: ‘De gerechtshoven oordelen in hoger beroep over dedaarvoor vatbare vonnissen, beschikkingen en uitspraken in burgerlijkezaken (...) van de rechtbanken in hun ressort.’
• Art. 78 lid 1 Wet RO: ‘De Hoge Raad neemt kennis van het beroep incassatie tegen de handelingen, arresten, vonnissen en beschikkingen vande gerechtshoven (...).’
• Uitzonderingen zijn geen tentamenstof
• Als rechtbank bevoegd is, dan zal kantonrechter (en niet de civiele rechter)in bepaalde situaties de zaak behandelen.
• Kantonrechter is onderdeel van de rechtbank, zie art. 47 Wet RO (lid 1:‘kamers voor kantonzaken’ en lid 2: ‘kantonrechter’).
• In welke situaties is de kantonrechter bevoegd bijdagvaardingsprocedures? Zie art. 93 Rv:o Sub a: vordering maximaal 25,- euroo Sub b: vordering onbepaalde waardeo Sub c: arbeidsovereenkomst, huurovereenkomst enconsumentenkoopovereenkomst (zie art. 7:5 lid 1 BW), ‘ongeacht dewaarde van de vordering’o Sub d: als dit in de wet is genoemd
• In welke situaties bij verzoekschriftprocedures?o Art. 93 Rv is niet van toepassing!o In titel 3 geen soortgelijk artikelo Kantonrechter is bevoegd als dit in het (materiele) wetsartikel zelfstaat.
• Vb: art. 7:671b en 7:671c BW: ‘de kantonrechter kan (...) dearbeidsovereenkomst ontbinden (...).’
• Vb: art. 4:164 lid 1 sub e BW: ‘de hoedanigheid van bewindvoerder eindigt(...) door ontslag dat de kantonrechter hem (...) verleent.’ (jo. Lid 2: ‘opverzoek’).Relatieve competentie:Dagvaardingsprocedures:= welke van de 11 rechtbanken?
• Hoofdregel in art. 99 lid 1 Rv: ‘(...) de rechter van de woonplaats van degedaagde.’
• Zie verder art. 100 t/m 109 Rv: ‘mede bevoegd’ of ‘uitsluitend bevoegd’
• Besluit zittingsplaatsen gerechten (bzg, kluwer VI): zittingslocatievaststellen.Vb: woonplaats gedaagde is Leeuwarden > rechtbank Noord-Nederland relatiefBevoegd > zittingslocatie Leeuwarden 9art. 1 sub g Bzg)Bij de verzoeksschriftprocedure:

 Functies en algemene uitgangspunten Deelnemers civiele procedure Gerechtelijke instanties Procesinleiding Absolute en relatieve competentie Verplichte procesvertegenwoordiging Betekening explotenMaak onderstaande vragen en opdrachten in de werkgroep in coachgroepjes. Jedient bij de beantwoording steeds een gemotiveerd antwoord te geven. Dusmotiveer je antwoord, zo mogelijk, aan de hand van de toepasselijke artikelen uitwet- en regelgeving (en/of de relevante jurisprudentie).Vragen en opdrachtenCasus 1Christina Velozo huurt sinds 1 mei 2018 een benedenwoning in Utrecht. Deeigenaar en verhuurder van deze woning is Joachim Witteveen, die zelf inAmersfoort woont. Christina en Joachim hebben een schriftelijkehuurovereenkomst gesloten voor onbepaalde tijd. Christina heeft het erg naarhaar zin in haar woning, totdat ze merkt dat er allerlei vochtplekken in haarnieuwe vloerbedekking verschijnen. Christina gaat op zoek naar de oorzaak vande vochtplekken, waarbij ze ook de aan de ondervloer gelijmde vloerbedekkingmoet lostrekken. Tot haar schrik ziet Christina dat de ondervloer onder devloerbedekking helemaal vochtig is. Direct neemt Christina telefonisch contact opmet Joachim Witteveen. Helaas neemt Joachim de melding van Christina niet echtserieus en antwoordt hij haar dat ze er zelf maar even een klusjesman naar moetlaten kijken.De volgende dag komt de door Christina gebelde klusjesman langs, dieconstateert dat er een grote hoeveelheid water onder de woning van Christinastaat. Hij vertelt Christina dat het gaat om een gebrek aan de woning waarvoorde verhuurder aansprakelijk is. Christina vraagt vervolgens haar verhuurdertelefonisch, via e-mail en daarna ook nog met een aangetekende brief om ditgebrek aan haar woning te verhelpen. Christina hoort echter helemaal niets vanJoachim. Op advies van een medewerker van het Juridisch Loket besluit Christinaeen procedure bij de rechter op te starten. In deze procedure voert Christinaonder andere aan dat haar huurgenot door het water onder de woning aanzienlijkis verminderd en dat zij daarom ex artikel 7:207 lid 1 BW recht heeft opevenredige vermindering van de huurprijs.Vraag 1 (5 punten)Door middel van welk inleidend processtuk dient Christina Velozo haar zaaktegen Joachim Witteveen bij de rechter aanhangig te maken? Motiveer aan dehand van de toepasselijke wet- en regelgeving.

• Dagvaarding
• Artikel 7:207 lid 1 BW staat vermeld: naast huurprijsverlaging bestaat erde mogelijkheid van huurprijsvermindering. De huurder kan, wanneer er

sprake is van een vermindering van het huurgenot als gevolg van eengebrek, een aan de huurprijs evenredige huurprijsvermindering vorderen.

• Er staat niks specifieks in over ‘op verzoek van’ ‘verzoeken’ etc, dusdagvaarding.
• Artikel 78 Rv lid 1: heeft als hoofdregel: dat de tweede titel is vantoepassingen op alle zaken waarop niet ingevolge artikel 261 de derde titelvan toepassing is, en voor zover daarop niet een andere, bijzonderewettelijke regeling van toepassing is.De tweede titel is van toepassing op alle zaken waarop niet ingevolgeartikel 261 de derde titel van toepassing is, en voor zover daarop niet eenandere, bijzondere wettelijke regeling van toepassing is.
• Artikel 261 RvVoor zover uit de wet niet anders voortvloeit, is deze titel van toepassingop alle zaken die met een verzoekschrift moeten worden ingeleid, alsmedeop zaken waarin de rechter ambtshalve een beschikking geeft.Met een verzoekschrift worden ingeleid de zake ten aanzien waarvan dituit de wet voortvloeit.Vraag 2 (2 punten)Stel dat Christina de zaak aanhangig heeft gemaakt met een onjuist inleidendprocesstuk. Wat gebeurt er dan? Motiveer aan de hand van de toepasselijke wet-en regelgeving.Artikel 69 lid 1 Rv: indien een procedure met een verzoekschrift is ingeleid inplaats van met een dagvaarding of met een dagvaarding in plaats van met eneverzoekschrift, beveelt de rechter, zo nodig, de aanlegger binnen een door derechter te bepalen termijn op kosten van de aanlegger het stuk waarmee deprocedure is ingeleid, te verbeteren of aan te vullen. De procedure is aanhangigvanaf de oorspronkelijke dag van indiening of dagvaarding.Vervolg op casus 1Stel – los van het antwoord bij de vragen 1 en 2 – dat Christina haar zaak tegenJoachim bij de rechter aanhangig moet maken met een dagvaarding.Vraag 3 (9 punten)Tot welke rechter dient Christina zich te wenden? Ga in je antwoord in op deabsolute competentie – welk soort gerecht - en de relatieve competentie – naarwelke in Nederland moet je dan gaan van de 11 - van de rechter. Geef tevensaan of de kantonrechter deze zaak zal behandelen. Motiveer aan de hand van detoepasselijke wet- en regelgeving.Artikel 42 Wet RO: de rechtbanken nemen in eerste aanleg kennis van alleburgerlijke zaken. Het gaat niet om een hoger beroep of cassatie dus rechtbank isbevoegd (absolute competentie)
• Als rechtbank bevoegd is, dan zal kantonrechter (en niet de civiele rechter)in bepaalde situaties de zaak behandelen.
• Kantonrechter is onderdeel van de rechtbank, zie art. 47 Wet RO.Wanneer is de kantonrechter bevoegd bij dagvaardingsprocedure? Art. 93 Rv (isvoor dagvaardingsprocedure), (voor verzoekschriftprocedures is er geenartikel !!!, dus alleen als het uit materiele wet blijkt!)

testament bij haar notaris in Rotterdam geregeld. In dat testament heeft Carolaook laten opnemen dat haar neef Bastian pas vanaf zijn 30e verjaardag volledigover de vakantievilla kan beschikken. En dat – als Carola eerder zou overlijden –haar broer Juan Sanchez tijdelijk het bewind over de vakantievilla zou krijgenvanaf het tijdstip van het overlijden van Carola tot aan de 30e verjaardag vanBastian Terveer. Hierdoor is Juan Sanchez sinds het overlijden van zijn zus Caroladus (testamentair) bewindvoerder van de luxe vakantievilla in Zuid-Spanje.Bastian Terveer, die het ook altijd goed kon vinden met zijn oom Juan, had totvoor kort wel begrip voor de keuze van tante Carola om dit zo te regelen. Enkelemaanden geleden hoorde hij echter ‘via via’ dat Juan Sanchez – tegen deuitdrukkelijke wens van zijn zus Carola in – regelmatig grote feesten organiseertin de vakantievilla in Zuid-Spanje en dat daarbij ernstige schade aan de villa, detuin en het zwembad is aangericht. Omdat Bastian niet goed weet wat hijhiermee aan moet, vraagt hij de Rotterdamse notaris van zijn tante Carola omadvies. De notaris raadt hem aan om deze zaak aanhangig te maken bij derechter op grond van artikel 4:164 lid 1 sub e jo. lid 2 BW: Bastian kan dan alsrechthebbende van de vakantievilla Juan Sanchez wegens gewichtige redenen als(testamentair) bewindvoerder laten ontslaan door de rechter.Vraag 1 (5 punten)Door middel van welk inleidend processtuk dient Bastian Terveer zijn zaak tegenJuan Sanchez bij de rechter aanhangig te maken? Motiveer aan de hand van detoepasselijke wet- en regelgeving.Artikel 4:164 lid 1 en 2 BW: de hoedanigheid van de bewindvoerder eindigt sub at/m eLid 2: het ontslag wordt hem verleend op verzoek van zichzelf of van andere doorgewichtige redenen.Op verzoek van duidt aan dat het om een verzoekschrift gaat artikel 261 Rv.Hoofdregel ex art. 78 lid 1 Rv jo. Art. 261 lid 2 Rv: dagvaarding, tenzij de(materiele) wet een verzoekschrift is voorgeschreven.In deze materiele wet is er een verzoekschrift voorgeschreven door het woord ‘opverzoek van’.Vervolg op casus 1Stel – los van het antwoord bij de vragen 1a en 1b – dat Bastian Terveer zijn zaaktegen Juan Sanchez bij de rechter aanhangig moet maken met eenverzoekschrift.Vraag 2 (9 punten)Tot welke rechter dient Bastian Terveer zich te wenden? Ga in je antwoord in opde absolute competentie en de relatieve competentie van de rechter. Geef tevensaan of de kantonrechter deze zaak zal behandelen. Motiveer aan de hand van detoepasselijke wet- en regelgeving.

Artikel 42 Wet RO: de rechtbanken nemen in eerste aanleg kennis van alleburgerlijke zaken. Het gaat niet om een hoger beroep of cassatie dus rechtbank isbevoegd (absolute competentie) - Als rechtbank bevoegd is, dan zal kantonrechter (en niet de civiele rechter) in bepaalde situaties de zaak behandelen. - Kantonrechter is onderdeel van de rechtbank, zie art. 47 Wet RO. -Wanneer is de kantonrechter bevoegd bij verzoekschriftprocedure: voorverzoekschriftprocedures is er geen artikel !!!, dus alleen als het uit materielewet blijkt! Er is geen sprake van artikel 93 RvKantonrechter is dus bevoegd als dit staat in de materiele wet in dit geval artikel4L164 lid 1 en 2 BWIn dit artikel staat dat de kantonrechter bevoegd is ‘citeren waar’.Relatieve competentie verzoekschriftprocedure:Bij de verzoekschriftprocedure: - Hoofdregel in art. 262 Rv: de rechter van de woonplaats van (een van) de verzoeker(s) of van (een van) de in de procesinleiding genoemde belanghebbende(n). - ‘Tenzij de wet anders bepaalt’ (art. 262 Rv): o Art. 263 t/m 268: ‘uitsluitend bevoegd’ (i.p.) - Besluit zittingsplaatsen gerechten (Bzg, Kluwer VI): zittingslocatie vaststellen.Artikel 268 lid 1 Rv: zaken betreffende nalatenschap: woonplaats van deoverlendene. -> Rotterdam: rechtbank Rotterdam.Zittingsplaats: Rotterdam